
Ontmoetingen als ‘core-business’, een ander in de kern treffen.De wereld is in kleur, de mensen zijn dat ook. Maar niet als Corbino naar hen kijkt. Zwartwit ziet hij, diepe, donkere plekken, waaruit alle licht is weggezogen. Bij wijze van contrast zijn er ook lichte, haast witte vlakken, die ...
Ontmoetingen als ‘core-business’, een ander in de kern treffen.
De wereld is in kleur, de mensen zijn dat ook. Maar niet als Corbino naar hen kijkt. Zwartwit ziet hij, diepe, donkere plekken, waaruit alle licht is weggezogen. Bij wijze van contrast zijn er ook lichte, haast witte vlakken, die niet zelden een geometrische vorm lijken te hebben. Al het grijs daartussen kiest voor één van beide uitersten, het neigt naar licht of duisternis. Compromissen worden hier niet gesloten. De foto’s van Corbino zijn klassiek. Het zijn composities van licht en donker. Composities zoals die werden gemaakt in de jaren twintig, toen fotografen nog zonder schroom aan de schilderkunst refereerden.
Licht en donker zijn voor hem echter geen eindbestemming. Corbino heeft maar één onderwerp: alleen als er een mens voor zijn lens komt, drukt hij af. Toeval wordt daarbij zo veel mogelijk uitgesloten. Meer nog dan een fotograaf is hier een regisseur aan het werk. In de doorgaans korte tijd die hij nodig heeft voor een foto, scheurt hij de geportretteerden los van de wereld van alledag en ontvoert hen naar zijn eigen universum, waar hij zelf de regels bepaalt. Hij wacht niet af, maar neemt zelf het initiatief. De ontmoeting met die ander, en de voorbereiding daarop, is de basis voor wat volgt. Met aanwijzingen of opmerkingen brengt hij hen uit hun evenwicht. En dan, als ze zich even onzeker voelen, of juist meer op hun gemak dan doorgaans, slaat hij toe, even vriendelijk als trefzeker. De fotograaf weet wat hij wil. Regie en toeval werken daarbij samen. Tijdens de ontmoeting met de geportretteerde heeft de fotograaf de touwtjes in handen. Maar hoe de ander op zijn vaak onverwachte aanwijzingen reageert – ‘kunt u misschien even daar in dat hoge raam gaan zitten, ik zoek wel even een trapje; ik zou deze foto graag om vijf uur ’s morgens op het strand maken; kunnen we nog even wat foto’s op het toilet doen’ - laat zich niet voorspellen. De foto’s zijn in zekere zin de weergave van die reactie.
Zijn foto’s hebben een reikwijdte die verder gaat dan het moment dat is vastgelegd. De geportretteerde lijkt iets van zijn innerlijk bloot te geven. Iets wat dieper reikt dan aanduidingen als de vorsende bestuurder of de gekwelde artiest. Voor Nederlanders zijn veel van de mensen op deze foto’s vertrouwde gezichten. We kennen hen van het podium, van de televisie, van teksten of muziek. Maar zoals Corbino hen fotografeerde, zo kenden we hen nog niet. Dat is het kenmerk van echte portretfotografie.
Naast zijn fotografie heeft Corbino zich inmiddels ontwikkeld tot een kundig en gedreven filmmaker met meer dan dertig korte films op zijn naam en schrijft hij inmiddels wekelijks een eigen tekstbijdrage aan Hp/De Tijd.
Corbino geeft aparte en succesvolle lezingen, waarbij hij zijn portretkunst toepast op zijn gehoor.