"Ik doe geen politieke uitspraken, ik doe uitspraken die de politiek niet welgevallig zijn." Zo reageerde de hoofdcommissaris van de politie van Amsterdam Eric Nordholt, steevast als hij voor de zoveelste keer door politici of bestuurders werd aangevallen, wanneer hij een maat-schappelijk vraagstuk ...
“Ik doe geen politieke uitspraken, ik doe uitspraken die de politiek niet welgevallig zijn.” Zo reageerde de hoofdcommissaris van de politie van Amsterdam Eric Nordholt, steevast als hij voor de zoveelste keer door politici of bestuurders werd aangevallen, wanneer hij een maat-schappelijk vraagstuk met betrekking tot de veiligheid in ons land op openhartige en kritische wijze in de publiciteit had gebracht.
Hij was het, die als eerste, nu al meer dan tien jaar geleden, aandacht vroeg voor het vraagstuk van de multiculturele samenleving. Nordholt stelde, tegen de politiekcorrecte stroom in, onder meer de problematiek rond de criminele Antilliaanse jongeren en ‘gelijkgestemde’ Noord Afrikanen (Marokkanen en Algerijnen), het gebrek aan celruimte, de heenzendingen van verdachten, de aanpak van de georganiseerde misdaad en het vraagstuk van de duizenden illegalen in dit land onverbloemd aan de orde. Ook toonde hij zich een voorstander van de gedwongen verpleging van drugverslaafden.
In het jaar 1987 nam hij de leiding van de Amsterdamse politie op zich en zag kans dit korps in een aantal jaren om te vormen tot een organisatie, waarin de medewerkers weer geloof hadden in hun korps en in zichzelf. Hij kwam op voor ‘zijn dienders’ en de belangen van zijn stad en schuwde daarbij de publiciteit niet. Daarbij trotseerde hij de woede en kritiek van boze en bange bestuurders en politici. Echter, de burgers in ons land herkenden de zaken die door hem aan de orde werden gesteld.
Met grote vasthoudendheid werkte hij aan de veiligheid in de stad. Onder zijn bewind daalde de criminaliteit in de hoofdstad aanzienlijk en kwam het begrip `veiligheid` hoog op de politieke agenda te staan. Overvallen, straatroof, inbraken en andere delicten die het veilig-heidsgevoel van de burger in belangrijke mate bepalen, werden teruggedrongen. Hij leidde zijn korps door de moeilijke IRT-periode en vocht bij de commissie Van Traa voor het eerherstel van zijn mannen na de infame beschuldigingen, die het korps hadden getroffen. Amsterdam werd uiteindelijk in het gelijk gesteld.
Na een turbulente periode van ruim tien jaar (Bijlmerramp, IRT, Eurotop) nam hij op 1 september 1997 afscheid van zijn korps. Daarmede kwam een einde aan een loopbaan die in 1962 startte in Groningen. Dit was de stad waar hij in 1984 tot hoofdcommissaris werd benoemd en waar hij evenals in Amsterdam de grondslag legde voor een ingrijpende verandering van de organisatie, met het wijk-teamconcept als fundament. De ideeën voor deze transformatie waren gevormd tijdens de periode waarin hij met een aantal collega’s in het land werkte aan het rapport: ‘Politie in Verandering’. Een rapport, dat later het uitgangspunt zou vormen voor de inrichting van de huidige politie korpsen in Nederland.
Eric Nordholt studeerde naast zijn werk Sociologie aan de Rijksuniversiteit te Groningen. Na zijn vertrek uit het Amsterdamse korps vestigde hij zich in Amsterdam als raadgever op het gebied coaching en leiderschapsontwikkeling. In die hoedanigheid geeft hij raad aan directeuren van grote en middelgrote ondernemingen.
In het jaar 1999 verzocht de Heer Duisenberg (toenmalig president van de E.C.B.) hem zitting te nemen in het Anti-Fraud Committee van de European Central Bank in Frankfurt. In het jaar 2000 brak hij, uit bittere onvrede met de lijn die de partij rond het thema veiligheid had gekozen, met de PVDA. Hij is thans partijloos.
Nordholt, die in zijn loopbaan een ruime ervaring met de verschillende media heeft opgedaan, is een veel gevraagd spreker over het onderwerp ‘leiderschap (in crisissituaties)’, terwijl hij nog altijd over zijn oude vakgebied (politie, politiek en veiligheid) inleidingen verzorgt. Daarbij maakt hij het falen van de politiek duidelijk en brengt hij op een kritische en heldere wijze het veiligheidsvraagstuk in dit land over het voetlicht.