Over
Bob Hoogenboom
Bob Hoogenboom is hoogleraar fraude en regulering aan de Nyenrode Business universiteit. In 2021 publiceerde hij ‘Samen over vastgoedfraude en witwassen en de rol van poortwachters’; adviseerde hij de minister van Justitie om de relatie staat-landsadvocaat fundamenteel te aan te passen en bracht hij Het Spiegellabyrint van ondermijning (2022) uit.
Hoogenboom was werkzaam bij de ministeries van Binnenlandse Zaken en Justitie, Ernst&Young Forensic Accounting Caribbean, de universiteit Leiden en de Erasmusuniversiteit en gedurende dertig jaar docent aan de Politieacademie. Hij was jarenlang visiting professor van de London School of Economics en bijzonder hoogelaar politiestudies aan de Vrije Universiteit.
Hij combineert zijn onderzoek- en advieswerk met onderwijs voor accountants (governance/fraude en witwassen) en verzorgt op Nyenrode de module (corporate) governance in het modulair MBA-programma. Voor de website van de NRC schrijft Hoogenboom sinds 2015 columns over veiligheid, politie en fraude.
Bob Hoogenboom biedt drie verhalen aan. Combinaties zijn mogelijk. Het zijn verhalen waarin hij vraag- en uitroeptekens zet bij de vaak in beton gegoten ‘waarheden’ over misdaad en straf en de wijze waarop wij als samenleving daarop reageren. Net als de politicoloog Murray Edelman is hij geinteresseerd in ‘words that succeed and, policies that fail’. Misdaad en strafbeelden en ons vermogen daar antwoorden voor te vinden doen het goed op papier maar de praktijk is gekarteld en meer weerbarstig dan we willen en durven toe te geven.
1. 'Netflix geef ons heden ons dagelijks brood'
Dit verhaal gaat over onze obsessie met moord en doodslag, geweld, politieseries, maffiafilms, thrillers (al dan niet uit Scandinavië) en sensationele misdaadjournalistiek (pulp fiction, naar de gelijknamige film). De Quentin Tarantino’s van deze wereld hebben de massacultuur in een ijzeren greep. Driekwart van het aanbod in beeld en geschrift – en veel (rap)muziek appelleert aan onze grootste angsten. Het brengt ons ontspanning en appelleert aan de Miss Marple’s en Hercule Poirots in ons. Wie heeft het gedaan? Was het toch de butler. Hoogenboom verkent onze obsessies met moord en doodslag en wijst op twee dubbele bodems. In de eerste plaats de Hollywood-uitvergroting To The Max van de werkelijkheid.
Zo wordt misdaad bijvoorbeeld niet binnen vijftig minuten opgelost. Sterker nog vaak helemaal niet. In de tweede plaats de wisselwerking tussen fictie en werkelijkheid. Criminelen nemen ideeën over films en series en politici, misdaadbestrijders en Netflix-consumenten de romantiek van de harde aanpak en het aanlokkelijke beeld van Dirty Harry. We hoeven het toch niet altijd zo nauw te nemen met de regels van de rechtsstaat? Hoogenboom neemt ons mee op reis via zijn eerste jeugdboeken Inspecteur Arglistig en Commissaris Achterberg, The Wire, True Detectives, Batman en Pulpfiction naar de burelen van het ministerie van Justitie en de strijd tegen de Mocro-maffia. Truth is stranger than fiction!
2. De dramaturgie van corporate governance
Dit verhaal gaat over het taalbouwwerk dat we corporate governance noemen. Sinds de code Tabaksblatt en later de corporate governance code vertellen we onszelf een verhaal over matiging, in control zijn en checks&balances in het reilen en zeilen van de onderneming. Met honderden gedrags- en integriteitscodes wordt een toneelstuk opgevoerd dat suggereert dat we als samenleving het kapitalistische beest hebben getemd. Dat is ook zo maar niet altijd. Niet overal, En niet aanhoudend. Het logo van de baanbrekende documentaire The Corporation (2008) laat een zakenman zien met een halo-teken dat we kennen van Heiligen (denk aan de introductie van Roger Moore in de serie The Saint) en een duivelsstaart.
Ondernemingen hebben steeds meer maatschappelijke verantwoordelijkheid en dragen het belang daarvan uit (corporate social responsibility). De duivelsstaart mept echter nog steeds met enige regelmaat om zich heen en verwoest de Amazone, dumpt milieuafval, maakt illegale prijsafspraken en corrumpeert politici en bestuurders. Hoogenboom gaat in op de innerlijke strijd van bestuurders en toezichthouders om balans te vinden tussen goed en kwaad. En, hij reikt handvatten daarvoor aan.
Inspiratie put Hoogenboom uit het werk van de socioloog Ervin Goffman die in zijn werk ons sociale en professionele leven vergelijkt met toneelspelen. De mis-en-scene is van belang. Evenals de belichting. De kleding. De muziek. Natuurlijk zijn er souffleurs als de spelers even hun tekst kwijt zijn. In het corporate governance toneelstuk zijn dat communicatieadviseurs, advocaten, fiscalisten en accountants. Iedere speler spreekt op het juiste moment de juiste tekst voor het juiste publiek. Iedere voorstelling moet immers slagen. Het publiek moet tevreden naar huis. Maar de frontstage van corporate governance verschilt van de backstage. Hoogenboom laat ons kijken naar en achter de façades.
3. Het spiegellabyrint van ondermijning
Dit verhaal gaat over The Good, The Bad and Ugly van ‘ondermijning’. Dit buzzword dat nu al een decennium niet meer weg te denken lijkt uit de rechtshandhaving mobiliseert politici, politie en Justitie, consultants, wetenschappers en niet in het minst het bedrijfsleven. ‘Ondermijning’ is hot. Een twintigtal woorden en begrippen zijn in alle politieke debatten, budgetaanvragen en operationele processen te vinden.
De onderwereld en de bovenwereld raken verweven; de integriteit van het financiële stelsel wordt aangetast; de rechtsstaat wordt ondermijnd door bedreigingen en liquidaties van publieke figuren. The war on crime en the war on drugs woeden in alle hevigheid.
Het is goed dat de rechtshandhaving wordt gemobiliseerd en dat burgers en het bedrijfsleven weerbaarder worden gemaakt. Het slechte is dat de doelmatigheid en de effectiviteit van repressie sterk worden overdreven. Politie en justitie vervullen een belangrijke maatschappelijke functie maar het strafrecht vormt een bescheiden bijdrage aan het oplossen of indammen van onderliggende sociaal-economische oorzaken.
Dit verhaal gaat over de combinatie van iets meer bescheidenheid, veel meer preventie en nog meer betrokkenheid van scholen, NGO’s, poortwachters als notarissen, makelaars en financiële instellingen. Het lelijke zit in het feit dat de overheid in haar reacties hier en daar zelf de rechtsstaat ondermijnt. Met de sleepwet, in de toeslagenaffaire, met de inzet van undercoveragenten, door de NCTV als inlichtingendienst te positioneren of middels een legereenheid tijdens de lockdowns burgers via social media te monitoren om dwarsdenkers te identificeren.