
Thomas Lepeltak heeft als Stan Huygens de Telegraaflezers van 1971 tot 2003 op de hoogte gehouden van het wel en wee van diplomaten, zakenmensen, politici, bekende Nederlanders, edellieden en advocaten. In zijn societyrubriek deed hij verslag van recepties, maar schroomde ook niet conversaties naar ...
Thomas Lepeltak heeft als Stan Huygens de Telegraaflezers van 1971 tot 2003 op de hoogte gehouden van het wel en wee van diplomaten, zakenmensen, politici, bekende Nederlanders, edellieden en advocaten. In zijn societyrubriek deed hij verslag van recepties, maar schroomde ook niet conversaties naar buiten te brengen die hij al dinerend - wijn en gastronomie behoren tot zijn geneugten - 'in al zijn anonimiteit' toevallig opving. Lepeltak ontmoette niet alleen iedereen die er in eigen land toe deed, maar ook groten der aarde, zoals Alain Delon, Charlton Heston en koning Hoessein van Jordanië. Met prins Bernhard stond hij op goede voet, maar voor prins Willem-Alexander maakte hij zich uit de voeten. Zijn boek 'Meer zeg ik niet...' staat vol met petites histoires. De interviews van Thomas Lepeltak met twaalf selfmade ondernemers, voor wie hij grote bewondering heeft, zijn gebundeld in 'Zo werden wij rijk'. Behalve schrijver, chroniqueur, columnist en spreker is Lepeltak panellid van BNR Nieuwsradio en geregeld te gast in het tv-programma 'Business class' op RTL 7.
Lepeltak begon zijn carrière iets meer dan een halve eeuw geleden bij de Telegraaf, eerst op de opmaak/fotoredactie. Later werd hij schrijvend journalist. Hij heeft 45 jaar voor de krant gewerkt, hoewel daar anderhalf jaar van moet worden afgetrokken omdat hij tussendoor zijn diensttijd heeft vervuld. In 1963 hoorde Lepeltak als jonge journalist van een hem bekende medewerker van de RVD dat prinses Marijke voortaan prinses Christina wilde heten. "Meneer Stokvis, de hoofdredacteur geloofde er niets van. Wat moest er gebeuren met al die straten en gebouwen die naar prinses Marijke waren vernoemd? Ik moest de heer Van Maasdijk bellen, een grootaandeelhouder van de krant, die oud-kamerheer in buitengewone dienst van koningin Juliana was. Ik moest van hem mijn bron vermelden, anders zou mijn primeur nooit de krant halen. Ik wilde zo graag scoren dat ik de naam prijsgaf. Dat was de eerste en laatste keer dat ik zoiets deed. De man is ontslagen. Genant, hoewel hij een betere baan vond. Gelukkig had ik later zo'n status dat niemand mij ooit nog vroeg naar mijn bron." Toen Lepeltak in 1971 overstapte naar het 'Stan Huygens Journaal' bestond de rubriek uit 'prullenbakberichtjes'. "De redactie schreef bijna niets zelf. Langzaam maar zeker ben ik daar verandering in gaan brengen." In de politiek zijn geregeld vragen gesteld naar aanleiding van berichten in het 'Stan Huygens Journaal', zo groot was de impact van de rubriek, die - nu onder leiding van Willem Kool - nog steeds bestaat.
Hoewel hij vaste gast is in 'Business class' en betrokken is bij de prijs voor de Zakenvrouw van het Jaar, heeft Lepeltak zelf nooit de ambitie gehad ondernemer te worden. "Mijn vader was scheepsbouwer, maar ik kán niet ondernemen. Ik ben een geboren journalist en heb nooit iets anders willen worden."