Majoor Marco Kroon (Den Bosch, 15 juli 1970) is sinds 4 november 2014 werkzaam als trainer bij het Land Training Centre van de Koninklijke Landmacht in Amersfoort.
Hij is de eerste militair sinds 1955 die is toegelaten tot de Militaire Willems-Orde, de hoogste militaire onderscheiding die Nederland kent. Koningin Beatrix sloeg Kroon op 29 mei 2009 tot Ridder en reikte hem de versierselen uit.
In 1989 begon Marco Kroon zijn militaire loopbaan bij het Korps Mariniers. Hij werd o.a. uitgezonden naar Irak en Cambodja.
In 1994 stapte hij over naar de landmacht. Na zijn opleiding begon hij in 1995 als groepscommandant bij het 17de Pantserinfanteriebataljon te Oirschot. Met deze eenheid vertrok hij in 1996 voor zes maanden naar Bosnië.
In 1998 maakte hij de overstap naar het Korps Commandotroepen te Roosendaal. In 2000 vertrok hij weer naar Bosnië. Na deze missie vertrok hij naar de KMA te Breda om officier te worden. Na de opleiding keerde hij terug als pelotonscommandant bij het 17de Pantserinfanteriebataljon. In 2003 werd hij met deze eenheid uitgezonden naar Bosnië. Deze keer als pelotonscommandant in de Stabilization Force (SFOR) missie.
In 2004 keerde hij terug bij het Korps Commandotroepen te Roosendaal en vervulde diverse leidinggevende functies. Hij nam in 2004 deel aan de Stabilisation Force Iraq en werd driemaal uitgezonden naar Afghanistan (2005, 2006 en 2007).
Van juli 2012 tot november 2013 was hij compagniecommandant bij het 17e pantserinfanteriebataljon Garderegiment Fuseliers Prinses Irene in Oirschot.
Van november 2013 tot november 2014 was hij wederom werkzaam bij het Korps Commandotroepen in Roosendaal.
Van begin 2014 tot medio augustus 2014 werd hij uitgezonden naar Mali in het kader van de VN missie Minusma. Op 3 november werd hij gepromoveerd tot majoor.
Militaire Willems-Orde
In 2006 wordt Kroon voor de 2de maal als pelotonscommandant van een Counter-terrorism peloton naar Afghanistan uitgezonden. Ditmaal naar het inmiddels tot de verbeelding sprekende en beruchte Uruzgan. Zijn peloton is de eerste en daarmee enige Nederlandse eenheid die daar buiten de poorten van Kamp Holland opereert. Dit doet hij gedurende 5 maanden. Talloze meerdaagse patrouilles worden uitgevoerd onder uiterst zware en levensgevaarlijke omstandigheden. Al snel komt Kroon erachter dat hier niet zomaar een opbouwmissie gestart kan worden zonder dat er hard gevochten zal worden. Uruzgan blijkt namelijk een safe haven voor Taliban en andere anti-westerse groeperingen. Zo leidt hij o.a. zijn peloton al vechtend uit een zeer goed voorbereide hinderlaag terwijl zijn eigen boordschutter gewond is. Ook neemt hij het gevecht over van een coalitiegenoot door samen met zijn complete eenheid terug op de vijand in te rijden zodat de coalitiegenoot een gewonde aan eigen zijde kan afvoeren. Tijdens een van de laatste meerdaagse patrouilles stuit Kroon op een zeer grote groep Taliban strijders. De overmacht blijkt uiteindelijk veel te groot te zijn voor de eenheid van Kroon en na een lang en heftig vuurgevecht besluit hij om vuur aan te vragen middels luchtsteun op de eigen positie. Hij laat zijn manschappen in dekking gaan terwijl hij zelf samen met zijn Forward Air Controller de Amerikaanse gevechtsvliegtuigen op de vijand loodst. Later weet hij vanuit een Afghaans huis diverse nachtelijke tegenaanvallen van de Taliban af te slaan. Die nacht vallen er slachtoffers aan Taliban zijde maar geen enkele aan eigen zijde. Bij daglicht gaan Kroon en zijn mannen op zoek naar gesneuvelde Taliban strijders om informatie te vergaren over de identiteit van de slachtoffers. Hij geeft uitdrukkelijk het bevel om gewonden te verzorgen en doden toe te dekken. Tijdens de vele gevechten waaraan hij deelneemt, komt niemand aan eigen zijde om het leven.
Deze acties en ook zijn algehele optreden als leidinggevende zijn voor zijn collegas en meerderen de reden om hem voor de Militaire Willems-Orde voor te dragen. Na twee en een half jaar onderzoek wordt deze hem toegekend. Op 29 mei 2009 wordt hij tot Ridder der Militaire Willems-Orde 4e Klasse geslagen. De NOS doet in een vijf kwartier durende uitzending verslag van de uitreiking van de Willems-Orde. Koningin Beatrix beargumenteert de uitreiking hierbij als volgt: “Hij krijgt deze onderscheiding niet voor één enkele actie, maar voor zijn optreden als leider, als militair en als mens tijdens de hele missieâ€.