
Jaffe Vink studeerde filosofie in Amsterdam, werkte voor het Studium Generale van de Universiteit van Amsterdam, was bedenker en chef van de bijlage Letter & Geest van dagblad Trouw en oprichter en hoofdredacteur van het weekblad Opinio.In 2001 verscheen zijn boek Brief aan mijn dochter, een rite ...
Jaffe Vink studeerde filosofie in Amsterdam, werkte voor het Studium Generale van de Universiteit van Amsterdam, was bedenker en chef van de bijlage Letter & Geest van dagblad Trouw en oprichter en hoofdredacteur van het weekblad Opinio.In 2001 verscheen zijn boek Brief aan mijn dochter, een rite de passage voor zijn achttienjarige dochter op de drempel van haar eigen geschiedenis. In 2005 verscheen De terugkeer van de geschiedenis (redactie en samenstelling), een essaybundel met bijdragen van vooraanstaande schrijvers, filosofen en politici uit binnen- en buitenland over beschaving en geloof, politiek en terrorisme, geschiedenis en filosofie. In 2008 verscheen Hollandse stellingen, een bundel opstellen over politiek en cultuur. In 2010 won hij de Prijs voor de Polemiek met een rede over de chemische odyssee van de olietanker Probo Koala. In 2011 verscheen Het gifschip - Verslag van een journalistiek schandaal, over de rol van de media, de politiek en de milieubeweging in de affaire van de Probo KoalaPS
Het gifschip is een voorbeeld van zon vertaalslag. In het boek wordt voor een breed publiek uitleg gegeven over kwesties van chemische industrie en milieubeweging, imago en publiciteit.Kernvraag: hoe verbeter je het imago van een bedrijf?
Antwoord: er is een vertaalslag nodig - het bedrijfsleven moet een eenvoudige en heldere uitleg geven van tientallen brandende kwesties over industrie en milieu voor een breed publiek.Achtergrond
Vanaf de jaren 70 worden grote milieuproblemen zichtbaar en merkbaar: de vervuiling van lucht, water en bodem. Het is de schaduwzijde van vooruitgang en economische groei. Het imago van het bedrijfsleven verandert: industrie is vies, vuil en smerig.
In de jaren van de wederopbouw zijn de rokende schoorstenen het symbool van vooruitgang, maar nu worden ze de voortekenen van de ondergang.De milieuproblemen worden aangepakt. Lucht en water zijn nu goeddeels schoon. En de ondergang van de mensheid is niet gekomen. Ons leven wordt daarentegen steeds langer, gezonder, comfortabeler en veiliger. De tweede helft van de 20ste eeuw bereikt een historisch ongekende welvaart en rijkdom - een grandeur. Het zou tot de basiskennis van ieder modern mens moeten behoren dat de technologische cultuur - van biotechnologie tot de rokende schoorstenen - daar een zeer substantiële bijdrage aan levert. Maar deze basiskennis is niet aanwezig en het imago van de industrie is nog altijd problematisch.Er is een vertaalslag nodig
Waar blijft het verhaal over de vooruitgang, over de mogelijkheden van wetenschap, technologie, industrie en innovatie: Wat gebeurt er allemaal in het kloppende hart van de chemische industrie? In de kledingindustrie? De voedingsmiddelen? De olie? De landbouw? Wat is het historisch perspectief? Was het vroeger niet veel viezer, vuiler en smeriger? En wat is het toekomstig perspectief? Hoe zal het gaan met de voedsel- en energieproblematiek? Wat zijn de denkbeelden van de technologische cultuur? Welke ideeën worden er uitgewerkt in de laboratoria? Wat gebeurt er achter de muren van het bedrijfsleven?Plan van aanpak
Met dit verhaal moet vervolgens het debat - of dialoog of gesprek - worden gevoerd op drie terreinen:
- het debat in de media
- de dialoog met de omgeving
- het gesprek met familie en vriendenDe media
De media hebben grote invloed op de publieke opinie. Maar wanneer Wouter van Dieren en Lucas Reijnders - geen onbekenden in het debat - in NRC Handelsblad schrijven dat de chemische industrie een historische vergissing is, komt er geen enkel steekhoudend verweer van de chemische industrie - alleen een oorverdovende stilte.De omgeving
De licence to operate kwam 10-15 jaar geleden van de overheid, maar is nu afhankelijk van de sociale dialoog met de stakeholders - van werknemers tot consumenten, van aandeelhouders tot NGOs. Hoe voert een bedrijf deze dialoog, samen met een kritische omgeving, in vertrouwen en gericht op de toekomst?Familie en vrienden
Het is het bekende verjaardagsfeestje en iemand vraagt: Werk jij bij die fabriek? Wat gebeurt daar eigenlijk? Of: hoe zit dat nu met die fijnstof?Conclusie
Het bedrijfsleven moet naar buiten: in debat, dialoog en gesprek. Het moet een verhaal vertellen. Het moet de problemen in perspectief zetten en vertellen over de mogelijkheden van de toekomst. Het bedrijfsleven moet het grote verhaal vertellen van vooruitgang en optimisme.